GAU sluit zich collectief aan bij Geschillencommissie

Tijdens de Algemene Ledenvergadering van de GAU op 18 juni 2024 is besloten dat de GAU zich collectief aansluit bij de Geschillencommissie Auteursrecht.

Sinds de invoering van de Wet auteurscontractenrecht in 2015 bestaat er een zogenaamde Geschillencommissie Auteurscontractenrecht. Dergelijke geschillencommissies bestaan ook al in diverse andere branches (in totaal zijn het er bijna 90).

De gedachte achter deze commissies is te komen tot een efficiënte en laagdrempelige procedure om problemen op te lossen zonder dat er een rechter aan te pas hoeft te komen. Een geschillencommissie bestaat in de regel uit drie personen, de voorzitter die een voldoende juridische achtergrond heeft, een lid dat is voorgedragen door de makers en een lid dat is voorgedragen door de producenten/uitgevers. Deze leden zijn benoemd voor 5 jaar, met een eenmalige mogelijkheid tot herbenoeming en mogen niet (meer) werkzaam zijn voor een (lid)bedrijf.

Waarover kan de Geschillencommissie zich uitspreken

De Geschillencommissie mag zich slechts over een beperkt aantal onderdelen van het auteursrecht uitspreken, nl:

·        Een billijke vergoeding voor het werk van de maker (art 25c Auteurswet);

·        Een aanvullende billijke vergoeding, omdat het werk een bestseller is geworden of omdat de wijze van exploitatie van het werk bij het sluiten van de overeenkomst niet was voorzien (de zogenaamde bestsellerbepaling, art 25d AW) ;

·        De ontbinding van de overeenkomst, omdat er geen of onvoldoende exploitatie van het werk plaatsvindt (de zogenaamde non-usus bepaling, art 25e AW);

·        De onredelijk lange of onvoldoende bepaalde termijn van aanspraak op toekomstige werken van de maker (art 25f) AW;

·        De onredelijkheid van bepaalde algemene voorwaarden van het contract (art 25f AW);

·        De verplichting om als maker eens per jaar informatie te ontvangen over de exploitatie van het werk, met name wat betreft de exploitatiewijzen (de zogenaamde transparantieverplichting, art 25ca AW).

Wat betekent dit voor leden van de GAU

Per 1 januari 2024 zijn de regels voor de Geschillencommissie aangepast, met als belangrijkste punt dat in geval van een geschil tussen een maker en een exploitant, de aangesloten exploitant uitsluitend verplicht wordt tot medewerking aan een bemiddeling (eventueel kan daar vanuit de commissie met instemming van de partijen een bemiddelingsdeskundige worden aangesteld). Mocht deze bemiddeling tot niks leiden, dan kan het geschil door de Geschillencommissie behandeld worden met het oog op het doen van een uitspraak, maar geldt de “opt-in’, i.e. partijen kunnen zelf beslissen of ze dat willen of eventueel de zaak staken dan wel in een normale juridische procedure gaan bij de rechtbank. Overigens kan je altijd binnen drie maanden naar de rechtbank ná een uitspraak van de Geschillencommissie. Ook is er meer ruimte gekomen voor de commissie om eventueel meerdere externe deskundigen in te schakelen.

Voor meer informatie zie ook https://www.degeschillencommissie.nl/